Stilstaan. Stilstaan om vooruit te kunnen gaan. Ieder jaar denk ik rond deze tijd terug aan een periode in mijn leven dat ik het gevoel had stil te staan. Het gevoel van “is dit het nou?”, was een vraag die zich regelmatig aan mij opdrong. Ik had niet de ballen om die vraag neer te leggen. Bang voor de uitkomst. Wat bleek. De vader van mijn kinderen had die vraag ook en had wel het lef om die uit te spreken. Dat vergt moed.
Er volgde een korte tijd, die eeuwig leek te duren, van zoeken naar vooruitgang. Samen. Maar we bleven op een doodlopende weg staan. Op hetzelfde punt. Misschien waren we daar al veel langer dan we dachten. Een toekomst in deze constellatie was er niet. Aan het einde van die weg stond een dikke vette muur die we door moesten breken. Achter die muur lag een weiland. Maar die zag ik nog niet. Hij wel. Hij had al een bikkel in zijn handen en begon aan die muur. Ineens stond hij met één voet in dat weiland.
We maakten de beslissing. Nu zes jaar geleden. En ik ging ook. Dat weiland in. Ik verhuisde rond deze tijd terug naar Nederland. Achteraf is het makkelijker te zien dat er geen andere optie was. Was het niet toen, dan wel later. Wellicht meer kapot.
Het was a bumpy weiland, soppig met diepe kuilen. Regen. Maar er verschenen bloemetjes,steeds meer, steeds groener. De zon. De geur. Soms zijn er nog steeds heuveltjes waardoor het lijkt alsof ik langzamer ga. Bijna stilsta. Dat is het leven. Net als toen.
Maar nu zie ik de groei die het heeft gebracht. Bij ons allemaal. Waar we vandaan kwamen als één gezin, maar niet in volle potentie. En waar we nu zijn, twee gezinnen. Vol liefde en beter zo.
Het is niet dat je daar ineens bent. Dat is een proces. Een proces die ik paradoxaal genoeg niet had willen missen. Het gaf mij ruimte om mezelf te ontwikkelen. Daar waar ik anders misschien wel nog steeds had stilgestaan.